Zes gemeenten in Zuid-Holland aan de slag tegen laaggeletterdheid

Zes verschillende gemeenten in Zuid-Holland gaan samen aan de slag om laaggeletterdheid aan te pakken. Dit betekent dat mensen die moeite hebben met lezen, schrijven of rekenen geholpen worden bij het inlopen van achterstanden. Daarvoor tekenden de gemeenten Lansingerland, Leidschendam-Voorburg, Pijnacker-Nootdorp, Voorschoten, Wassenaar en Zoetermeer, verenigd in de regio Zuid-Holland centraal, op donderdag 16 februari een overeenkomst. In deze regio is ongeveer acht procent van de bevolking laaggeletterd.

Laaggeletterdheid in Nederland
Laaggeletterdheid staat voor het ontbreken van voldoende basisvaardigheden in taal, rekenen en digitaal werken. Volgens een schatting van de Algemene Rekenkamer zijn 2,5 miljoen mensen in Nederland laaggeletterd. Voor ongeveer twee derde van hen is Nederlands de moedertaal. Mensen die laaggeletterd zijn lopen op meerdere gebieden tegen problemen aan. Ze komen bijvoorbeeld moeilijk aan werk, hebben moeite met hun administratie, kunnen brieven van de Belastingdienst of de gemeente niet lezen of slagen er niet goed in de aanwijzingen van een arts, apotheker of andere hulpverlener op te volgen. Daardoor hebben laaggeletterden vaker problemen met financiën of met hun gezondheid.

Regionaal samenwerken
“In Pijnacker-Nootdorp bestaan al meerdere activiteiten voor het verbeteren van lees-, schrijf- en spreekvaardigheid en het verbeteren van digitale vaardigheden. Zo worden er door het Taalhuis van Bibliotheek Oostland taallessen aangeboden, zijn er taalmaatjes en vinden er regelmatig taalontmoetingen plaats.” zegt wethouder Peter Hennevanger. Laaggeletterdheid vraagt een duidelijke aanpak en een lange adem. Er bestond al een samenwerkingsovereenkomst in de regio Zuid-Holland Centraal, maar die liep vorig jaar af. Een prestatie waarop de gemeenten graag terugkijken is de inrichting van het onderwijs, dat inmiddels overal op dezelfde manier wordt verzorgd. “Door regionaal samen te werken, kunnen we het aanbod verder uitbreiden waardoor inwoners een ruimere keuze hebben en bij verhuizing makkelijker in kunnen stromen binnen het onderwijs.” licht  wethouder Peter Hennevanger toe.

Aan de slag
Met de nieuwe overeenkomst scherpen de zes gemeenten hun ambities en doelen verder aan. Zo leggen de ondertekenaars nog nauwkeuriger vast hoe ze de taken verdelen, op welke manier ze het onderwijs blijven organiseren, hoe ze overleggen en besluiten nemen en welke financiële middelen ze inzetten. Ook worden er regionale themabijeenkomsten georganiseerd om kennis en ervaring te delen over het herkennen van laaggeletterdheid. Bijvoorbeeld voor consulenten, maar ook vrijwilligers.