Een 26-jarige man uit Leidschendam moet 15 maanden de cel in omdat het Openbaar Ministerie (OM) het bewezen acht dat hij zich vorig jaar schuldig gemaakt aan het stichten van drie autobranden in zijn woonplaats. Dat is de eis die donderdag is uitgesproken. De sporen van de verdachte zaten op flessen brandbare vloeistof, die bij de auto’s werden aangetroffen.
Veel autobranden
In Leidschendam was het vorig jaar lange tijd onrustig. Er werden sinds april meer dan 30 auto’s in brand gestoken. De branden waren het gesprek van de dag. Er kon veel onderzoek gedaan worden omdat bij de meeste branden bewijsmateriaal aangetroffen werd. Bij drie autobranden kon bewijs worden verzameld dat naar de 26-jarige verdachte wijst en waarvoor hij geen verklaring geeft.
Drie branden zijn bewezen
Het OM bevestigt dat de verdachte minimaal verantwoordelijk is voor de branden op 29 april aan het Fluitpolderplein, 20 juni in de Koningin Wilhelminalaan en de brand van 26 juli op de Prinses Annalaan.
DNA gevonden en appjes: ‘Er moet wat branden’
In twee gevallen ging het om een fles wasbenzine die vlak bij de getroffen auto werd gevonden en waar DNA van verdachte op is aangetroffen. Bij de derde brand ging het om vingerafdrukken op een fles brandbare vloeistof die zo ongeveer naast de auto lag. Vlak voor de eerste brand appt verdachte ook met een vriend, dat hij een fles terpentine nodig heeft: “moet wat branden”. Later is hij geamuseerd wanneer hij van een vriend beelden ontvangt van de autobrand.
Angst en wanorde
‘Ik blijf benadrukken dat het niet gaat om drie kleine autobrandjes,’ zei de officier van justitie op zitting. ‘Verdachte heeft door het in brand steken van meerdere auto’s gevoelens van angst en wanorde in de wijk in stand gehouden.’
15 maanden cel
De schade voor getroffen bewoners was enorm. Daarbij heeft verdachte op geen enkele manier openheid van zaken gegeven, laat staan enig schuldbesef getoond. Het Openbaar Ministerie eiste een gevangenisstraf van 15 maanden. Over twee weken doet de rechtbank uitspraak.